Onze kinderen krijgen echt een ander wereldbeeld mee dan de meeste kinderen. Een van de grootste verschillen is dat ons leven geen strijd is en dat er dus geen destructief gedrag is.
We komen ze met regelmaat tegen, logisch want ze zijn in de meerderheid, kinderen die bijna de hele dag bezig zijn met concurrentie, controle en manipulatie. Met vaak in het bijzonder met broertjes, zusjes of andere kinderen, maar in breder perspectief gewoon in strijd zijn met dat wat ze tegenkomen.
Omdat ze opgevoed worden vanuit het idee dat het leven maakbaar is, dat je het naar je hand kunt zetten als je maar hard genoeg werkt, je niet laat kennen, andere de les leest en zorgt dat ze doen wat jij zegt en je vooral niet in de kaarten laat kijken over hoe het echt met je is. Dat is wat ze voorgeleefd krijgen en wat ze dus elke dag zien. Strijden, vechten, nuttig zijn, doen, aanpakken, overwinnen, flink zijn overgoten met een sausje van schuld, schaamte en onzekerheid.
Het is soms voor ons surreëel wat voor situaties dat oplevert, vooral als je daar niet in mee gaat terwijl de ander niets anders kent. Onze kinderen strijden nooit mee, ze gaan niet mee in concurrentie of controle. Ze spelen, vrij. En ze bewegen zelfverzekerd. Zijn altijd onschuldig…net als ieder mens.
Als ze in de wereld van schuld en schaamte worden getrokken (“Doris/Iza deed dit expres!”), dan laten onze kinderen dat gebeuren. Ze bieden geen weerstand, wat betekent dat ze schuld niet herkennen als zijnde echt. Ze verdedigen zich niet, want er valt niets te verdedigen als je je niet aangevallen voelt. En ze blijven onvoorwaardelijk open naar de ander toe. Als de ander de strijd staakt is hij of zij nog steeds van harte welkom!