Alleen in slaap vallen heeft echt niets te maken met zelfstandigheid. Zo, die staat. Een van de meest absurde en ongezonde fabeltjes die er over kinderen bestaat denk ik. Dat ze alleen in slaap moeten leren vallen want anders worden ze afhankelijk en onzelfstandig.
Wie ooit naar een kind gekeken heeft ziet dat de behoefte aan nabijheid en de behoefte aan zelfstandigheid op geen enkele manier met elkaar te maken hebben.
Allebei onze kinderen hebben op ‘overgangen’ in de dag behoefte aan nabijheid. Doris toen ze klein was nog meer dan Iza nu, tot haar 4e was ze nog nooit alleen in slaap gevallen. En ook nergens wezen logeren trouwens. De nabijheid van ons was te essentieel in de overgang van actief naar rust, van dag naar nacht.
Vandaag ging Doris geld wisselen bij de receptie. Ze kreeg een briefje van €5 mee om munten mee terug te krijgen. Ze onthield het woord ‘coins’ niet maar kwam toch terug met vijf euromunten.
En dan denk ik aan nabijheid en zelfstandigheid en dan weet ik dat het omgekeerd is aan wat er nu verteld wordt. Hoe meer je de behoefte van je kind kunt volgen, hoe meer ze voelen dat ze er mogen zijn, hoe zelfstandiger ze in de wereld staan.
Onthoudt dat maar als je kindje enkel in de draagzak wil slapen of als je kleuter niet wil dat je weggaat, geef je er maar aan over, daar worden ze lekker zelfstandig van!